Limburgse boswachter stuit per toeval op zeldzaam prehistorisch diertje: "Al bijna 100 jaar niet meer gespot"

bron: Het Belang van Limburg
door: Redactie
Afbeelding bron: Eddy Ulenaers
In Hechtel-Eksel in de provincie Limburg heeft boswachter Eddy Ulenaers een geweldige ontdekking gedaan in het natuurgebied Bosland. Hij stuitte er toevallig op een kopschildkreeft.

Het prehistorisch schaaldiertje werd er voor het eerst in bijna 100 jaar nog eens gespot. “Ik was op zoek naar wolvensporen, en die kan je makkelijk zien aan de waterplassen. Plots merkte ik iets op in het water. Ik wist meteen dat het ging om een oerkreeft, door zijn typische prehistorische uiterlijk”, vertelt de boswachter in Het Belang van Limburg.

Onderzoekers van de KU Leuven zijn laaiend enthousiast door zijn unieke vondst. “Het gaat echt wel om een historische vondst. De kopschildkreeft werd voor een laatste keer in 1930 in Limburg gesignaleerd, in Sint-Truiden. Onderzoek moet de omvang van de populatie nog in kaart brengen, maar het ziet er alvast veelbelovend uit.”

In 2006 werd in Brasschaat ook een populatie kopschildkreeften ontdekt. “Deze beestjes leggen eieren die tot tientallen jaren kunnen overleven. Die eitjes kunnen dan door de wind, voorbijgangers of grote zoogdieren worden meegenomen, wat een mogelijke verklaring is voor de vondst van de nieuwe populatie”, zegt aquatisch ecoloog Tom Pinceels van de KU Leuven. “Maar we weten het nog niet. Het kan gaan om een volledige nieuwe populatie, die niet gelinkt is aan die van Brasschaat.”

Kopschildkreeften leven uitsluitend in uitgedroogde poelen, plassen of wagensporen. “Hun eieren moeten uitdrogen om te ontluiken en al onze poelen zijn meestal permanent. Waarschijnlijk door de verandering of vernietiging van hun habitat zijn ze gedurende lange tijd verdwenen. De meeste waarnemingen in Vlaanderen dateren dan ook van de jaren dertig en vijftig van de vorige eeuw.”

Een andere mogelijkheid is dat deze beestjes gewoon niet worden herkend. “Ze lijken van veraf enorm hard op kikkervisjes, door hun dikke hoofd en lange pootjes. Het is dus perfect mogelijk dat ze al enkele tientallen jaren of langer onder de radar hebben geleefd. Maar dat zal verder onderzoek moeten uitwijzen”, besluit Pinceels.