Vandenbroucke neemt geen beslissing over aanpassing vaccinatie: “Ik ben daar voorzichtig in”

door: BVDO
Frank Vandenbroucke
Afbeelding bron: Photonews

Minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (sp.a) laat voorlopig geen grotere tijd toe tussen de eerste en de tweede prik van het Pfizer-vaccin.

De verschillende ministers van Volksgezondheid van ons land beslisten woensdag om de tijdspanne tussen een eerste en een tweede prik niet te vergroten. "We zullen niet meteen beslissen dat de tijdsperiode tussen de eerste en de tweede prik naar 35 dagen gaat", zei minister Frank Vandenbroucke bij VTM Nieuws. "Dat gaan we volgende week bekijken, die 35 dagen, omdat dat ook wel iets is dat we willen bespreken met het Europese geneesmiddelenagentschap. We willen daar ook wat juridische advies over inwinnen."

Voorlopig past enkel Nederland die strategie toe. "Dus de meeste landen houden zich aan de 21 dagen. Maar de belangrijkste beslissing is dat we de voorraad die aangehouden wordt voor Pfizer, dat we die laten krimpen. Omdat we, als we niet zo zeker zijn over de leveringen, het dan niet zo erg is dat iemand iets langer dan 21 dagen zou moeten wachten voor de tweede prik.”

Want uiteindelijk zou dat wel grote gevolgen hebben. "Dat betekent natuurlijk dat je die Pfizer aan veel meer mensen kan beginnen toedienen. Ik ga daar geen cijfer opplakken, ik ben daar voorzichtig in. Dat ga ik nu niet doen. Dit wordt ook concreet uitgewerkt door de deelregeringen. Maar u moet zich inbeelden dat in plaats van een voorraad aan te houden die drie weken ver strekt en die je dus niet gebruikt, dat je die voorraad van Pfizer kan verminderen tot 1 à 2 weken."