Economisch migratiebeleid wordt strenger: Veel moeilijker om bijvoorbeeld kebabzaak te starten
De Vlaamse overheid wil meer innovatieve buitenlandse start-ups aantrekken, met een hogere meerwaarde voor onze economie. Het zal veel strenger zijn bij het toekennen van beroepskaarten voor zogenaamde 'klassieke ondernemingen', zoals bijvoorbeeld kebabzaken.
Dat blijkt uit de Visienota 'Vlaanderen als aantrekkingspool voor start-ups en innovatief ondernemend talent'. Die nota werd vandaag in het Vlaams Parlement voorgesteld in de commissie Economie na eerdere vragen hierover van Vlaams Parlementslid Maurits Vande Reyde (Open Vld).
De vorige regelgeving over het toelaten van buitenlandse ondernemingen dateert al van 1965. Daarin werden er amper voorwaarden gesteld voor buitenlandse ondernemers. De Visienota wil nu een nieuwe regelgeving invoeren vanaf 1 januari 2022, die de lat veel hoger legt.
Daarin zal er onderscheid gemaakt worden tussen drie categorieën. De nadruk komt te liggen bij het aantrekken van 'innovatieve ondernemingen' en ondernemers met een speciaal statuut (zoals sporters of artiesten). De categorie 'klassieke ondernemingen', waarbij Vlaams minister Hilde Crevits
Zo zal er een minimumstartkapitaal van 18.600 euro nodig zijn, moet er jobcreatie worden aangetoond en moet er een loon uitgekeerd worden dat minstens 120 procent van het leefloon is.
Ons spiegelen aan Canada en Australië
Open Vld-parlementslid Maurits Vande Reyde vindt deze hervorming zeer positief: "We moeten ons spiegelen aan het economisch migratiebeleid van landen als Canada en Australië: daar ligt de lat hoog om te starten en krijg je daarna alle kansen om te ondernemen."
"Dat zorgt ervoor dat je als samenleving vooruitgaat en meer buitenlandse ondernemingen met een grote meerwaarde aantrekt. Het is goed dat Vlaanderen nu deze weg inslaat."
Gerelateerde artikelen
Recente artikelen
