Belgische rechtbank geeft trans wielrenster gelijk: uitsluiting was discriminatie

De rechtbank verklaarde het betreffende reglement nietig en kende een morele schadevergoeding toe aan de wielrenster. Dat blijkt uit het besluit van de rechtbank dat onze redactie kon inkijken.

Verstrengde regels sluiten trans vrouwen uit

Tot midden 2023 mocht de wielrenster nog deelnemen aan vrouwenwedstrijden, zolang ze een zeer laag testosterongehalte kon aantonen gedurende minstens 24 maanden. In juli 2023 veranderde het reglement: trans vrouwen moesten nu ook bewijzen dat ze vóór hun twaalfde in transitie gingen. Die nieuwe voorwaarde leidde tot de onmiddellijke uitsluiting van de atlete.

Volgens de rechter is deze vereiste niet alleen wetenschappelijk onbewezen, maar ook praktisch onhaalbaar. Een medische transitie op zo’n jonge leeftijd vereist langdurig gebruik van puberteitsremmers, iets wat voor de overgrote meerderheid van trans personen onmogelijk is.

Gebrek aan wetenschappelijke onderbouwing

De rechtbank stelde dat de internationale wielerorganisatie zelf aangaf dat er onvoldoende wetenschappelijke gegevens zijn om aan te tonen dat trans vrouwen een oneerlijk voordeel behouden in sportwedstrijden. De rechter benadrukte dat sportieve eerlijkheid een legitiem doel is, maar dat de huidige regels buiten proportie zijn en niet gebaseerd zijn op objectief bewijs.

Instituut voor gelijkheid van vrouwen en mannen is tevreden

Het vonnis is onmiddellijk uitvoerbaar. De wielerorganisatie mag op basis van dit reglement geen licenties meer weigeren aan trans vrouwen. Het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen, dat ook betrokken was bij de zaak, benadrukt het belang van deze uitspraak. "Trans personen verdienen het om op een eerlijke en respectvolle manier deel te nemen aan sport, zonder buitensluiting of vooroordelen", klinkt het.

De internationale wielerorganisatie kan nog in beroep gaan tegen de uitspraak.