Misverstand bij veel bestuurders over deze verkeersregel en dat leidt tot gevaarlijke situaties
Een opvallend misverstand duikt regelmatig op in het verkeer: veel bestuurders denken dat het gebruik van de richtingaanwijzer hen automatisch voorrang geeft. Uit een nieuwe Europese enquête, verspreid door Vias, blijkt dat dit idee sterk leeft bij Belgische chauffeurs. Maar wie denkt dat een pinker het recht geeft om zomaar af te slaan of in te voegen, vergist zich.
Veel Belgen gebruiken hun richtingaanwijzer niet altijd
De enquête toont aan dat 4 op de 10 Belgische bestuurders toegeven hun richtingaanwijzer af en toe niet te gebruiken bij het afslaan. Bijna de helft vindt dat het in hun situatie zelfs niet nodig is. Dat is niet alleen gevaarlijk, maar versterkt ook het verkeerde idee dat een richtingaanwijzer een soort 'toegangsticket' tot de weg is.
De juridische realiteit: pinken is geen voorrangsrecht
Volgens artikel 12.4 van de Belgische verkeersregels moet een bestuurder die een manoeuvre uitvoert altijd voorrang verlenen aan andere weggebruikers. Dat betekent dat je bij afslaan, invoegen of van rijstrook wisselen niet zomaar mag rekenen op de richtingaanwijzer om anderen tot stoppen te dwingen.
De richtingaanwijzer is enkel bedoeld om je intentie duidelijk te maken aan andere weggebruikers. Het geeft hen de kans om jouw beweging te anticiperen, maar het verandert niets aan de voorrangsregels. Dat is een misverstand dat bij heel wat chauffeurs leeft.
Praktische voorbeelden uit het verkeer
- Invoegen op de snelweg: het pinken geeft niet het recht om meteen op de eerste rijstrook te gaan rijden. Je moet wachten tot er voldoende ruimte is.
- Links afslaan op een kruispunt: ook al gebruik je de richtingaanwijzer, je moet voorrang verlenen aan tegenliggers en voetgangers die groen licht hebben.
- Van rijstrook wisselen: richting aangeven is verplicht, maar je mag pas wisselen wanneer dit veilig kan zonder anderen te hinderen.
Lees ook: Bijna hele Vlaamse stad wordt één grote fietszone: Deze regels voor automobilisten
Waarom dit misverstand gevaarlijk is
Het idee dat een richtingaanwijzer automatisch voorrang geeft, kan leiden tot gevaarlijke manoeuvres waarbij bestuurders zich plots tussen twee voertuigen wringen.
Het veroorzaakt bovendien vaker verkeersconflicten, omdat andere weggebruikers verrast worden door onverwachte bewegingen. Op drukke wegen, zoals snelwegen of stedelijke kruispunten, kan dit misverstand zorgen voor ernstige ongevallen.
Richtingaanwijzer is communicatie, geen vrijgeleide
De richtingaanwijzer is een cruciaal communicatiemiddel in het verkeer, maar het gebruik ervan geeft nooit recht op voorrang. De regel blijft eenvoudig: wie een manoeuvre uitvoert, moet dit veilig doen en andere weggebruikers altijd voorrang verlenen waar nodig.