Dit frustreert festivalgangers het meest en het is niet de prijs van je pint

Het festivalseizoen is weer begonnen. Het is iets waar veel mensen naar uitgekeken hebben.
De festivalzomer draait weer op volle toeren, en dat voelen we niet alleen in de agenda, maar ook in de portemonnee. Uit een bevraging in opdracht van Payconiq by Bancontact blijkt dat maar liefst één op drie Belgen deze zomer een festival bezoekt. Toch is het niet de kostprijs die voor de meeste ergernis zorgt, al is die zeker niet min.
Gemiddeld spendeert een festivalganger zo’n 117 euro per dag op het terrein. Aangezien festivals vaak drie dagen duren, loopt dat bedrag op tot zo’n 426 euro. Dat is een stevige hap uit het budget, zeker voor jongeren die meerdere festivals meepikken. Toch blijkt uit het onderzoek dat het vooral de wachtrijen zijn die voor frustratie zorgen en niet de kostprijs. Dat schrijft Het Laatste Nieuws.
Wie ooit naar een festival ging, herkent het meteen: aanschuiven voor een frietje, een pint of misschien wel het pijnlijkste – een overvol toilet. Het zijn dé pijnpunten van zowat elk festivalweekend. En hoewel veel festivals inspelen op gemak, onder meer door met betaalkaarten of chiparmbanden te werken, blijft het wachten een hardnekkig probleem.
Ergernis
Opvallend is ook dat slechts 37 procent van de bezoekers betaalt met de kaart. 22 procent gebruikt nog altijd cash, en 10 procent kiest voor een chiparmband. Het toont aan dat er nog flink wat ruimte is om de betalingen sneller en makkelijker te maken.
Voor jongeren onder de 24 jaar komt daar nog een extra frustratie bij: hun vrienden terugvinden. Wie dacht dat een simpele “we zien elkaar straks aan de paal bij het hoofdpodium” voldoende is, heeft duidelijk nog nooit geprobeerd om dat plan uit te voeren tussen duizenden dansende mensen en instabiel mobiel internet. Het is vaak zoeken, bellen, mislopen en hopen op toeval of op een opvallend hoofddeksel.