Waarom schiet het leger de drones aan luchthavens en legerbasissen niet gewoon neer?

Meerdere drones boven Kleine-Brogel en Leopoldsburg

Tussen vrijdagavond en zaterdagavond werden boven de luchtmachtbasis van Kleine-Brogel drie afzonderlijke drones gespot. De eerste werd rond middernacht waargenomen, gevolgd door een tweede zaterdag omstreeks 18.30 uur. Later die avond cirkelde opnieuw een toestel boven de site. Volgens minister Theo Francken betrof het zaterdag een groter type drone. “Het was geen gewone overvlucht, maar een duidelijke opdracht met Kleine-Brogel als doelwit”, vertelde hij aan Het Nieuwsblad.

Ook boven de militaire kazerne in Leopoldsburg werden drones waargenomen. Zowel op dinsdag- als zaterdagnacht meldden buurtbewoners toestellen die groter waren dan recreatieve drones. Francken benadrukte dat het niet ging om onschuldige hobbyisten. “Het gaat hier niet om Tuur of Willem die per ongeluk boven een militair domein cirkelen.”

Lees ook: Drones boven cruciale basis: “Je voelt aan alles dat dit niet kan”

Incidenten volgen eerdere meldingen in Elsenborn en Marche-en-Famenne

De recente gebeurtenissen sluiten aan bij eerdere meldingen in Elsenborn en Marche-en-Famenne. In beide gevallen werden drones van vergelijkbare afmetingen gesignaleerd. Dirk Vansina, chef Defensie en voormalig bevelhebber in Kleine-Brogel, stelde vast: “Het ging vermoedelijk over dezelfde soort drones, met afmetingen van één tot anderhalve meter.”

Jeroen Poesen: ‘Neerschieten is technisch bijzonder moeilijk’

Volgens Jeroen Poesen, voormalig commandant van de luchtmacht, is het uitschakelen van drones geen eenvoudige opdracht. “Omdat een drone uitschakelen technisch en praktisch veel complexer is dan het klinkt”, vertelt hij. Hij wijst op de snelheid en afstand van drones, die vaak honderden kilometers per uur halen. Daarnaast moet eerst worden vastgesteld of het toestel een legitieme opdracht heeft, zoals van hulpdiensten, of kwaadwillig is. Pas dan mag Defensie ingrijpen.

Veiligheid van burgers speelt cruciale rol

Naast technische beperkingen speelt ook de veiligheid van omwonenden een rol. Poesen benadrukt dat elk afgevuurd projectiel een risico vormt. “Elk projectiel dat je afvuurt, komt ergens neer. In een afgelegen Afghaanse woestijn is dat geen probleem, in een woongebied wel”, klinkt het. Hierdoor blijft het neerschieten van drones boven Belgische woonzones een uiterst delicate aangelegenheid.