Wout van Aert krijgt heel goed nieuws te horen over de groene trui in de Tour de France

De Tour de France is niet alleen een strijd om het geel, maar ook een arena waarin de groene trui een felbegeerde trofee is. Voor Wout van Aert bracht de aankondiging van de nieuwe puntentelling voor de editie van 2025 een onverwacht lichtpuntje.

De aangepaste regels lijken namelijk op maat geschreven voor renners van zijn kaliber: veelzijdig, explosief en bestand tegen heuvels. En niet voor de sprinters pur sang, zoals Jasper Philipsen en Tim Merlier.

De organisator van de Tour, A.S.O., heeft de puntentelling voor de groene trui herzien. De etappes zijn onderverdeeld in zes categorieën, gebaseerd op moeilijkheidsgraad. In de vlakke ritten (categorie 1 en 2) zijn er maximaal 50 punten te verdienen aan de finish. In heuvelachtige ritten (categorie 3) krijgt de winnaar 30 punten, terwijl in zware bergetappes en tijdritten (categorie 4 t/m 6) 20 punten te rapen vallen.

Ideaal scenario voor Van Aert

Wat deze herziening zo interessant maakt voor Van Aert, is dat er maar liefst elf etappes zijn ingedeeld in categorie 1 en 2—etappes waarin punchers zoals hij en Mathieu van der Poel een streepje voor hebben op pure sprinters als Jasper Philipsen of Jonathan Milan. Bovendien liggen de tussensprints, waar telkens 20 punten te verdienen zijn, vaak op strategische plekken in het parcours die Van Aert goed liggen.

De strijd om groen zal echter geen wandeling in het park worden. Jasper Philipsen, de winnaar van de groene trui in 2023 en 2024, is opnieuw van de partij. Ook Jonathan Milan en Tim Merlier zijn serieuze kanshebbers. En dan is er nog Mathieu van der Poel, die in het Critérium du Dauphiné al liet zien dat hij de puntentrui serieus neemt.

Toch hebben deze renners een nadeel: hun kracht ligt vooral in vlakke sprints. In de heuvelachtige ritten en bij tussensprints na een klim, hebben ze het moeilijker. Van Aert daarentegen kan in al deze situaties punten pakken, wat hem een strategisch voordeel geeft.